Hoe kunt u goed blijven lopen met hielpijn?
Veranderd looppatroon door hielpijn
Bij een pijnlijke hiel is het looppatroon vaak veranderd. Om goed te kunnen lopen, komt eerst de hiel op de grond daarna de middenvoet en zetten we af met de voorvoet. Hierdoor wordt de druk onder de voet mooi verdeeld. Door krachtig af te zetten komen we ook goed vooruit.
Lopen en hielpijn
Wanneer de hiel pijnlijk is kan de voet vaak niet meer goed worden afgewikkeld. Grofweg zie je twee dingen gebeuren:
- Of de hiel wordt helemaal vermeden. In dit geval wordt alleen de voorvoet belast. Met andere woorden mensen gaan op de tenen lopen.
- Of het afwikkelen gaat alleen over de buitenzijde van de voet.
Het afzetten van de voet is in beide gevallen niet normaal. Daardoor kost het meer energie om te lopen, en om vooruit te komen.
Waarom is het looppatroon zo anders?
Natuurlijk komt dit door de pijnlijke hiel. Maar ook de beweging van de grote teen speelt hierin een belangrijke rol. Bij veel mensen met hielpijnklachten is de beweging (en dan vooral de functionele beweging) van de grote teen niet meer normaal. Met de functionele beweging bedoelen we de buiging van de grote teen omhoog terwijl er druk van de grond is. Bij het niet goed kunnen buigen van de teen komt er meer druk en spanning rond de hiel. Het is dan ook belangrijk om bij hielpijn goed naar de beweging van de grote teen te kijken.
Wat te doen?
Het is goed om te beginnen met rekoefeningen. Bij voorkeur 3 maal per dag minimaal één minuut. Daarnaast kan het zinvol zijn een steunzool te gebruiken. Ook wanneer het beter gaat is het erg belangrijk om de rekoefeningen vol te houden.
Een eenvoudige rekoefening van de grote teen. Zorg ervoor dat de hele voet op de grond staat, de hiel én de voorvoet!
Wat als de steunzool en de rekoefeningen niet helpen?
Natuurlijk zal dit afhangen van de reden van de stijfheid van de grote teen en de hevigheid van de klachten. Soms zien we met de echo dat de lange grote teenbuiger te kort is. In die gevallen kan door middel van een kijkoperatie aan de achterzijde van de enkel ervoor gezorgd worden dat de lange grote teenbuiger weer functioneel langer wordt.